Skip to content

Geschiedenis van het museum

Onze geschiedenis

EEN Heimatmuseum VOOR BOCHOLT

De eerst aanzetten voor de oprichting van een Heimatmuseum dateren van de periode tussen 1921 en 1924. Toen verwierf de in  1907 opgerichte Verein für Heimatpflege Bocholt, een vereniging voor het behoud van de lokale geschiedenis,  het huis aan de Nordstraße 41.

Dat werd een streekmuseum waar men historische voorwerpen uit de geschiedenis van Bocholt verzamelde en tentoonstelde. Het pand verkeerde echter in bouwvallige staat en moest al spoedig gesloopt worden.  De museumcollectie vond een onderkomen op de zolder van het St. Georg gymnasium. Maar veilig was het daar niet. Door oorlogsgeweld ging een groot deel van de collectie verloren. Slecht een enkel stuk kon gered worden, bijvoorbeeld een middeleeuwse lans die nog altijd tot de collectie behoort. In 1940 nog deed de vereniging opnieuw een poging huisvesting voor  een museum te vinden, ditmaal in het Witte Seminarie. Het pand, gelegen in het centrum van Bocholt, verkeerde destijds nog in goede bouwkundige staat. Deze plannen zijn echter nooit gerealiseerd vanwege de Tweede Wereldoorlog.

EINDELIJK EEN PERMANENT ONDERKOMEN

Na de Tweede Wereldoorlog was het Ludwig Kayser, het hoofd van het ambtelijk apparaat van de stad, die de gedachte aan een Heimatmuseum nieuw leven inblies. Hij vond dat er naast de materiële wederopbouw  van de stad ook ruimte moest zijn voor culturele vernieuwing. Daarom organiseerde hij her en der tentoonstellingen. Het was ook Kayser die begin jaren vijftig het plan voor een permanent museumgebouw lanceerde. Waarop de gemeente de villa aan de Salierstraße 6 aankocht.

Het pand aan de Salierstraße 6 zou volgens de plannen van 1956 het ‘Kunsthaus der Stadt Bocholt’ moeten gaan heten. Kortom: een gebouw voor een breed opgezette verzameling van voorwerpen, documenten en kunstwerken die het verhaal vertellen van de nederzettingsgeschiedenis van de stad, de historische ontwikkeling van de volkscultuur in Westmünsterland en over de lokale geschiedenis van de katoenverwerkende industrie.

In het  Kunsthaus werden ook steeds vaker tijdelijke tentoonstellingen gehouden. De organisatie daarvan is in 1973 overgedragen aan Euregio-Kunstkreis e.V. die een jaar eerder was opgericht. Slechts drie jaar later moest het Kunsthaus aan de Salierstraße echter plaatsmaken voor de hoofdvestiging  van de muziekschool Bocholt – Rhede – Isselburg. De tentoonstellingsactiviteiten van de EUREGIO-Kunstkreis vonden nog slechts af en toe plaats in een galerieruimte van het nieuwe stadhuis aan de Berlinerplatz. In 1995 kwam daar verandering in en kreeg de kunstkring de beschikking over het huis aan de Osterstraße 69. En daar organiseerde de kunstkring tot de sluiting in 2023 exposities.

VAN HET "HEIMATHAUS" NAAR HET STADSMUSEUM

Los van de Euregio-Kunstkring-activiteiten groeide vanaf eind jaren zestig bij bevolking van Bocholt en de Verein für Heimatpflege Bocholt e.V. het verlangen naar een apart museum  gewijd aan de geschiedenis van de stad. Behalve over de uitgebreide geologische en paleontologische collectie van stadsgenoot Manfred Tangerding beschikte de Archeologische Groep Bocholt van de Verein für Heimatspflege over een immense voorraad vondsten die relevant zijn voor de geschiedenis van de stad.  Deze waren door de grote inzet bij opgravingen van alle leden van de groep bijeengebracht. In dit verband mogen de namen van initiatiefnemers Werner Sundermann, Georg Letschert en Peter Krahnen niet ontbreken.

Het diepgewortelde verlangen onder de bevolking leidde in 1982 tot een eerste aanvraag bij de stad Bocholt voor de oprichting van een Bocholts Stadsmuseum. Stad en vereniging wilden de kosten gezamenlijk dragen. De plannen werden steeds concreter. De stad Bocholt en de vereniging hebben intensief samengewerkt aan het concept en de locatiekeuze.  In dit kader zijn ook de gemeentelijke kunstcollecties overgedragen aan het Stadtmuseum. Zo kwam de zorg voor een collectie kopergravures van Israhel van Meckenem, de omvangrijke nalatenschap van de decor- en afficheontwerper Josef Fenneker en vele andere werken van andere Bocholtse kunstenaars in handen van de heimatvereniging. De beide eerste collecties zijn in de loop der jaren behoorlijk uitgebreid.

In 1988 werd de samenwerking bekroond met de aankoop van het pand aan de Osterstraße 66. Het concept kreeg in hoog tempo vaste contouren. De keuze voor het huis aan de Osterstraße 66 paste bij het Stadmuseum, want het is een van de weinige gebouwen dat nog herinnert aan het Bocholt van voor het bombardement in de laatste dagen van de oorlog. Bij dat bombardement ging meer dan 85 procent van de gebouwen verloren.

Het huis valt onder monumentenzorg en is gebouwd in de zogeheten reformstijl, een stroming in de architectuur met roots in de Arts and Crafts-beweging van de Engelsen Ruskin en Morris. Wandpanelen, deuren, trappenhuis en talrijke andere decoratieve elementen tonen een eenheid van stijl (Art Deco) die nergens anders in Bocholt op dit niveau bewaard is gebleven.

HET STADSMUSEUM WORDT GEREALISEERD

Na de aankoop van het pand is een uitgebreide restauratie/renovatie doorgevoerd om het monumentale karakter te behouden en om van het pand een museum te maken. In nauwe samenwerking met vakwetenschappers en tentoonstellingsontwerpers zijn de museumzalen het decor geworden van een omvangrijke permanente tentoonstelling. Deze omvat de geschiedenis van de stad, aspecten van de volkskunst en toont werk van belangrijke Bocholtse oude meesters als Israhel van Meckenem en Jan van Lintelo.

Op 15 mei 1992 openden de Verein für Heimatpflege e.V en de stad Bocholt de deuren van het Stadsmuseum voor het publiek. Deze twee dragende partijen beheren nog altijd gezamenlijk het Stadmuseum, ondermeer via de Raad van Toezicht.

Das Gründungskuratorium (Von links nach rechts: Georg Ketteler, Josef Rüter, Brigitte Eckers, Wolfgang Feldhege, Gerd Wiesmann, Dr. Jürgen Becker, Dr. Heinrich Belting, nicht abgebildet: Klaus Fehlemann und Johannes Hüls)

Vanaf 1992 heeft Georg Ketteler leiding gegeven aan het Stadsmuseum. Eerst deed hij dat in zijn functie als ambtelijk hoofd van de afdeling Onderwijs en Cultuur bij de gemeente Bocholt en na  zijn pensionering in 2006 zette hij zijn taak onder auspiciën van de Raad van Toezicht nog tot 2020 voort. In die periode werden meer dan 140 tentoonstellingen georganiseerd. In juli 2020 is de dagelijkse leiding overgegaan in handen van Lisa Resing, geboren Merschformann. Deze professionele vakkracht legt eveneens verantwoording af aan de Raad van Toezicht.

NIEUW CONCEPT

In april 2022 moest het gebouw waarin het Stadsmuseum is ondergebracht wegens brandveiligheidsgebreken definitief de deuren sluiten. Het museumteam bereidt sindsdien de verhuizing van de collectie voor. Tegelijkertijd werkt het team aan een eigentijds museumconcept. Nieuwsgierig?  Hier vindt u actuele informatie over het nieuwe concept en over de manier waarop u daarover mee kunt praten.

Back To Top